Ik ben verdwaald in mijn hoofd
Ik weet niet wat ik moet, maar ik weet waarheen ik ga
Ik word geleid en huil van onmacht, niet te zijn wie leeft in mij
Want ikzelf hou mij tegen, vertrouw mijn eigen vleugels niet
Dus zodra ik vlieg verschijnt de angst -en stort ik neer
Gevangen in de kerkers die ikzelf heb gecreëerd
Ik begrijp mijn hart dat tot mij spreekt
Maar houd mij doof voor wat zij vraagt
Onwaardig Haar te dienen die mij liefdevol omarmt
Door niet te kiezen voor de stem die mij roept
Welke waan houdt mij in zijn greep?
Dit lagere zelf meent de teugels in handen te hebben
Maar laat mij niet zo zwak zijn te verzinken in dat niets!
Ik wil groeien in het licht, ontstijgen aan het duister
Dat om zich heen grijpt in mijn ziel
Ja, mijn wortels zijn de aarde
Maar ik leef in woelig water, eeuwig strevend naar de zon
Ik wil ontluiken in de lucht, met mijn voeten op de grond
Om mijn heelheid te hervinden
En in schoonheid op te gaan
Leeg te zijn, vervuld van ruimte
Waar haar bloem nog mag bestaan
Bezwanger mij met heilig leven!