Ik las terug wat ik een jaar geleden schreef bij het horen van dit lied; woorden gericht aan mijn ongeboren zoon, om me te beseffen dat wat en wie ik in mijn hart begroef nog altijd springlevend is. En gekend mag zijn. Lieve Ammár. Tot in de eeuwigheid.
.
Ik droeg jouw leven in mijn schoot, al was het maar voor even
De zegen van de hoop om te komen waar je kwam;
Verbannen uit de wereld in een nog engelachtig zijn
Al jaren wist je je verwacht –en van tranen overgoten
Het hart opnieuw gebroken, door overmacht en kwaad
Wat een offer om te brengen, om jou zo snel te laten gaan
Wat was is lang volbracht.. ik draag nu slechts herinnering
Mijn armen leeg en loos; er stroomt geen melk meer uit mijn borst
Al ligt jouw onuitgesproken naam immer op mijn lippen
Deze liefde is een schrijn; verdriet, genadeloos verlangen
Te weten wat ooit was, nog is, maar nooit zal mogen zijn:
Voor wat ik had en heb te geven komt de tijd nooit weer