Een siddering; herkenning. Vragen. Diepten in jouw ogen die ik niet kan peilen.
Is dit een val, of een verleiding? Geen idee waarom, waarvoor -waardoor. Nu?
Een feest van vuur verwart mij.. Hoe blus ik deze brand? Vlammen likken aan mijn grenzen, maar ik omarm wat ik bemin: de manifestatie van jouw zijn.
Zoals jij straalt in vervoering…
Ervaren; geen angst.
.
De mot in mij spreekt.
.
.